Om zijn rol als toonaangevend handelaar en verwerker van landbouwgoederen te vervullen is LDC afhankelijk van landbouwers over de hele wereld. Dit gaat gepaard met een verantwoordelijkheid voor het voeden en kleden van de groeiende wereldbevolking, op een veilige en duurzame manier.
Om de weerbaarheid van deze landbouwgemeenschappen, die een sleutelrol spelen in de internationale voedselveiligheid, te verzekeren, werken we samen met de Louis Dreyfus Foundation om vooruitgang te boeken op het vlak van micro-landbouw, door middel van onderwijsprojecten die goede landbouwpraktijken delen met jonge mensen.
In 2019 begonnen twee nieuwe projecten jonge talenten in staat te stellen om voor zichzelf een duurzame, professionele toekomst in de landbouw op te bouwen, met indirecte voordelen voor hun gemeenschappen.
Samen met de lokale overheid en het Franse landbouwagentschap Fert, hebben we een landbouwschool in Ivoorkust geopend, het Centre de Formation Agricole et Rurale (CAFR), dat in 2019 32 studenten verwelkomde.
“In een land waar bijna 60% van de bevolking jonger is dan 25, is het aanbieden van kwalitatief onderwijs essentieel voor de economische ontwikkeling,” zegt Robert Serpollet, algemeen directeur van de Louis Dreyfus Foundation. “Al onze onderwijsprojecten zijn verbonden aan landbouw, als een belangrijke stimulans voor de ontwikkeling, weerbaarheid en voedselveiligheid van de lokale gemeenschappen. En omgekeerd, in het besef dat een educatieve dimensie essentieel is voor het creëren van mogelijkheden voor duurzame zelfvoorziening, staat opleiding ook centraal bij onze projecten rond micro-landbouw.”
CFAR biedt programma’s van twee jaar aan, die theoretische en praktische opleiding combineren, met bijzondere aandacht voor duurzame landbouwpraktijken en milieubehoud. Het curriculum omvat algemene vakken zoals wiskunde, computerwetenschap en economie, naast beroepsvaardigheden zoals agronomie, bodemkunde, productie van gewassen en vee en landbouwbeheer.
Aly, een student in het eerste jaar, ziet zijn toekomst reeds uitgetekend: “Ik begrijp het belang van het beheren van een boerderij: hoe ze te beheren, goed voor de dieren te zorgen en ze te verkopen. We leren ook over winstgevendheid en ik begrijp dat het kweken van kippen een activiteit is waar ik snel geld mee kan verdienen.”
Om naar het tweede jaar te kunnen gaan, moeten studenten stage lopen om praktische ervaring op te doen die hun intrede op de professionele markt na het afstuderen mogelijk zal maken.
Samuel, een van de CFAR-docenten, ziet de voordelen van het onderdak bieden aan studenten: “Hier hoeven de jongeren zich geen zorgen te maken over eten en huisvesting zodat ze zich volledig op hun opleiding kunnen concentreren. Ze zijn dagelijks bezig met het kweken van gewassen en met veeteelt, samen met een team dat voor hen klaar staat; het is de perfecte omgeving voor een opleiding.”
Ludovic M’Bahia Ble, Country Manager voor Ivoorkust bij LDC, was actief betrokken bij het project: “Omdat ik de context in het noorden van Ivoorkust en de uitdagingen voor de lokale bevolking ken, was ik blij dat ik de uitvoering van het project ter plaatse kon coördineren. CFAR is een mogelijke changemaker voor de Poro-regio en werd gecreëerd om de gemeenschappen te laten bloeien.”
In 2020 zullen 35 nieuwe studenten les gaan volgen aan het CFAR, terwijl bestaande studenten stages zullen lopen op boerderijen voordat ze naar hun tweede jaar gaan.
Wereldwijd steunen LDC en de Louis Dreyfus Foundation in een kleine community in de Argentijnse provincie Chaco, de lokale landbouwschool CEREC , die landbouwtechnieken, duurzame productiemethoden en landbouwkundig ondernemerschap onderwijst.
Nelson, een student in het tweede jaar, heeft vele nieuwe vaardigheden geleerd die hem later winst kunnen opleveren: “Ik heb geleerd hoe lang het duurt om een plant te laten groeien en wanneer er fruit geoogst kan worden; Ik heb gezien hoe een tractor werkt en wat je ermee kan doen. Dit project had een positieve invloed op mij omdat ik met de kennis die ik nu opdoe in de toekomst goederen zal kunnen produceren.”
Tegelijkertijd helpt de voedselproductie van de school om de studenten van eten te voorzien en wordt het overschot verkocht op lokale markten om extra inkomen te genereren voor de financiering van de schoolactiviteiten.
In 2019 maakte de subsidie van de Louis Dreyfus Foundation het voor de school mogelijk om kippen- en geitenboerderijen op te starten, evenals de productie van fruit en groenten, in beheer van leerkrachten en studenten. De bijenkorven van de school werden hersteld en gemoderniseerd, terwijl er voor irrigatie werd gezorgd door het restaureren van de bestaande waterbron en het druppelirrigatiesysteem. De renovaties werden uitgevoerd door familieleden van de studenten, wat zorgde voor werk voor de lokale gemeenschap.
Rufino, de directeur van {1>CEREC<1}, zei dat hij had gezien dat het leven van de studenten op vele vlakken verbeterde met dit project, zowel op vlak van academische prestaties als interpersoonlijke relaties, en hij zag “het enthousiasme van de community: toen het project van start ging waren ouders en oud-studenten zowel gemotiveerd als verrast door dit nieuw gevoel van ondernemerschap dat ze in hun kinderen en in zichzelf zagen.“
Vandaag blijven de lokale partners van het project, APAER en ACERCO , verder samenwerken met de school, door het geven van technisch advies en het toezicht houden op de productie.
LDC-werknemers worden aangemoedigd om projecten van de Foundation zo veel mogelijk te steunen, wat zorgt voor aanzienlijke gemeenschappelijke voordelen voor zowel het bedrijf als de Louis Dreyfus Foundation. “De Foundation krijgt toegang tot de deskundigheid van LDC, terwijl de subsidies van de Foundation de omvang van de inspanningen van LDC vermenigvuldigt omdat we samen werken aan gedeelde doelstellingen rond duurzaamheid, voedselveiligheid en versterking van de gemeenschap op de plaatsen waar het bedrijf actief is,” zegt Guy Hogge, Internationaal hoofd van duurzaamheid bij LDC.